Prijs de boer! – ZLTO

Onder jonge boeren gaan meer en meer stemmen op om zich onder de prijsdruk uit te worstelen.
Zij willen hun goede producten niet zomaar tegen iedere prijs aan jan-en-alleman verkopen. Zij
eisen een eerlijke prijs met het echte verhaal van de boer tot aan de consument. Zo proberen
jonge boeren hun positie in de markt te verschuiven van prijsnemer naar prijszetter. ZLTO is ruim
125 jaar geleden in Brabant opgericht juist vanuit eenzelfde ideaal: nooit meer armoede. De ZLTO
was er om de boerenstand te verheffen. En dat ideaal is anno 2022 nog altijd springlevend.
Eén van de jongste loten aan de stamboom is het BAJK-project ‘Boeren in de keten’. Daarbij vormt
een betere positie van de jonge boer in de keten het vertrekpunt. Korte of lange keten, veel of
weinig volume, grote of kleine boer, open of gesloten structuur: elke boer kiest een keten die bij
hem past. Die bewust keuze vormt een sterke basis om met elkaar een stap vooruit te zetten in de
keten.
Een boer krijgt zo’n 8 cent / stuk voor eieren. In de supermarkt liggen ze voor gemiddeld 24 cent /
stuk. Wie verklaart dat gapende gat van 16 cent per ei? Het pakstation pakt 3 cent, maar dan nog
blijft er ergens 13 cent aan de strijkstok hangen. Uiteraard verdient iedereen in de keten een
boterham, maar dan wel naar eerlijke verdeling van waarde in de keten. Veruit de meeste waarde
van een ei wordt gemaakt op de boerderij door moeder kip en de boer. Navenant moet dan ook
betaald worden.
Een open gesprek tussen ketenschakels is broodnodig. Jonge boeren kunnen zelf daartoe een
eerste stap zetten. Hun verdienvermogen van de boer staat onder druk. Door externe invloeden
schommelt de prijs van hoog naar laag. Op kostprijs alleen redden boeren het in Brabant niet. En
extra duurzaamheidseisen landen veelal bij de boer op het bord. De zoektocht naar een betere
boterham start met open markt- en prijsinformatie, zoals een betrouwbare prijsopbouw door de
hele keten van boer tot bord.
Daarom sleutelt ZLTO met productenorganisaties en leveranciersverenigingen aan
prijzenmonitoren en kostprijsnoteringen. Ons oogmerk is dat zo veel mogelijk jonge boeren over
een sterke prijsbasis beschikken waarop ze een betere positie in de keten kunnen bouwen.
Bijvoorbeeld de prijzenmonitor kip + ei. Een Prijzenmonitor geeft inzicht in de prijsopbouw en
margeverdeling 1) af boerderij 2) af verwerker 3) af inkoop en 4) af supermarkt. De prijzenmonitor
leert dat voor kip – vers vlees de prijs ‘af boerderij’ op 0,98 / kg vast staat. De inkoopprijs voor de
supermarkt schommelt licht tussen 6,00 – 7,00 / kg. De consumentenprijs fluctueert tussen 8,00 –
10,00 / kg. De brutomarge bij supermarkt is 25-30%. Dit is gemeten van week 21 2020 tot en met
week 20 2021. Bij bewerkte kipproducten, zoals vleeswaren, loopt de prijsopbouw van boer tot
bord nog verder uiteen tot gemiddeld 19,00 / kg prijs voor de consument. De brutomarge voor de
supermarkt bij eieren ligt zelfs tussen 55 – 65%. De prijsopbouw van de meest verkochte eieren
(maat M) vertoont dit basisbeeld: eieren ‘af boerderij’ 0,08 / stuk, de inkoopprijs voor supermarkt
0,11 / stuk en de consumentenprijs af supermarkt 0,24 / stuk.
Iedereen verdient een boterham in de keten, maar de meeste schakels hebben toch echt dikker
beleg op de boterham dan de jonge boer. Het is tijd om een stap vooruit te zetten. Prijs de boer!